/ Hautbois
SKU: BT.EMBZ3769
English-German-Hungarian.
The source of the present edition of the Oboe Concerto in A minor by Antonio Vivaldi is the Collected Works of Vivaldi, edited by Malipiero, published by Ricordi 1955. The title of the original score is Concerto in La minore per oboe, archi e cembalo the original setting: Oboe, Violini I-II, Viole, Violoncelli, Contrabassi and Cembalo. The arrangement for oboe and piano is kept in accurate conformity with the musical text of score, the continuo part - however - has been more freely adapted (of course within the possibilities of baroque style). The piano part contains the entire orchestral material in the Tutti-s, thus the soloist is not obliged to play all the Tutti parts.However, in Movement I and III the first and last Tutti may never be omitted by the performer. Die Grundlage dieser Ausgabe des Oboenkonzertes in A-Moll von Antonio Vivaldi ist die von Malipiero redigierte Gesamtausgabe (Ricordi, 1955). Der Titel der Originalpartitur lautet: Concerto in La minore per oboe, archi e cembalo: die Besetzung ist folgende: Oboe, Violini I-II, Viole, Violoncelli, Contrabassi, Cembalo. Die Ausgabe für Oboe und Klavier ist dem Urtext der Partitur getreu, doch ist die Ausarbeitung des Continuos etwas freier behandelt (natürlich nur im Rahmen der vom Stil der Barockmusik gebotenen Möglichkeit). Die Klavierstimme enthält an den Tuttistellen das Stimmaterial des ganzen Orchesters: der Solist ist daher nicht verpflichtet, sämtliche Tuttimitzuspielen. (Im I. und III. Satz dürfen jedoch die ersten und letzten Tutti vom Solisten nicht weggelassen werden.
SKU: BT.AMP-343-401
ISBN 9789043138628. 9x12 inches. English-German-French-Dutch.
White Light was commissioned by Fumiko Teramoto, oboist with the Musashino Grand Concert Band from Tokyo, Japan. The request was for a moderately slow piece, of intermediate difficulty, which included White in the title, as this is her lucky colour. Composer Philip Sparke decided to use this suggestion to write a piece that was bright and light in terms of harmony and colour, with much use of simple major and minor chords and an emphasis on pure and transparent timbres. He was also keen to capture the essence and history of the oboe as a solo instrument - the piece is pastoral in character and often almost baroque in style. Also available for oboe and concert band (AMP317-010/140). Wit is de gelukskleur van het opdrachtgevende orkest van dit uitdagende solowerk voor hobo en piano. Philip Sparke schreef daarom een opgewekte compositie. Het zwaartepunt ligt op de heldere klanken van het hoge hout en de harmonie,klankkleur en instrumentatie is helder en doorzichtig.Ook verkrijgbaar voor hobo en harmonieorkest (AMP 317-010/140).Weiß ist die Glücksfarbe des auftraggebenden Blasorchesters und daher im Titel dieses Solowerks für Oboe und Klavier. Passend dazu schuf Philip Sparke ein Stück, das sowohl heiter als auch hell in seiner Harmonik, seinen Farben und seiner Orchestrierung ist, viele einfache Dur- und Mollakkorde enthält und den Schwerpunkt auf die klaren Klänge der hohen Holzbläser im Orchester legt. Ebenfalls erhältlich für Oboe und Blasorchester (AMP 317-010/140).Les indications données étaient les suivantes : une pièce modérément lente et de difficulté moyenne ; enfin, le mot ‘blanc ‘ devait figurer dans le titre, faisant ainsi allusion la couleur fétiche de l'orchestre dédicataire. C'est en s'inspirant de ces quelques éléments que Philip Sparke composa White Light, une pièce lumineuse et harmonieusement légère. De caractère pastoral et de style plutôt baroque, White Light expose avec passion la quintessence du hautbois. Disponible en version Hautbois et piano, elle existe également pour Hautbois solo et orchestre d'harmonie.In questo lavoro per oboe solista e pianoforte, Philip Sparke crea un pezzo che è allo stesso tempo allegro e luminoso nella sua armonia e nei colori, e che nell'orchestrazione contiene molti semplici accordi maggiori e minori. Disponibile anche per oboe e banda (AMP 317-010/140).
SKU: HL.49000529
ISBN 9790200100877. 10.5x13.0x0.058 inches.
Bei der Arbeit am 'Siebengesang' setzte ich mir zum Ziele, die vielschichtigen Wechselwirkungen zwischen einem Individuum (dem Solisten) und seiner Umwelt (dem Orchester) aufzuzeigen und daraus formgebende satztechnische Impulse zu gewinnen.Das Werk 'Siebengesang' ist 7teilig: in den drei ersten Teilen treten sich das Soloinstrument und verschiedene selbstandige, nach Register und Klangfarben geordnete Orchestergruppen gegenuber. Im 4. Teil durchdringen sich Solooboe und ein Ensemble von 4 linearen Instrumenten. Der 5. Teil ist ein grossangelegtes Orchester-Crescendo. Uber 23 von Gong-Signalen markierten 5-Sekunden-Abschnitten werden nach und nach die verschiedenen Orchestergruppen (jede mit individuellem Tempo) ubereinander geschichtet. Der 6. Teil konfrontiert mit Hilfe eines im Innern des Instrumentes angebrachten Mikrophons verstarkten und verzerrten Oboenklang mit dem ganzen Orchester, wobei die neuen, ungewohnten Klange der Oboe das Klangspektrum des Orchesters in grossem Masse beeinflussen. Auf knappstem Raum werden hier in hektischem Wechsel die aussersten strukturellen Gegensatze zusammengedrangt. Im sehr ruhigen Schlussteil vervielfacht sich die Oboenpartie in 7 Singstimmen, denen als phonetisches Material die Schlussverse von Georg Trakls Gedicht 'Siebengesang des Todes' zugrunde liegen [.].-Heinz Holliger2 (auch 1 Altfl., 2 Picc.) * 2 (auch Engl. Hr.) * 2 (auch 1 Es-Klar., auch 2 Bassklar.) * 0 * Kfg. - 2 * 2 * 2 * 1 - S. (3 Beck. * 3 Gongs * 3 Tamt. * 3 Tomt. * 4 Bong. * kl. Tr. * gr. Tr. * 2 Mar. * 13 Plattengl. * 2 Woodbl. * 2 Tempelbl. * Glsp. * Xyl.) (3-5 Spieler) - 2 Hfn. * Cel. u. Klav. (1 Spieler) - Str. (7 * 0 * 5 * 4 * 3 [1 m. 5 Saiten]) - Singstimmen (4 S * 3 A; ad lib. chorisch 12 S * 9 A).
SKU: BT.DHP-1104721-010
9x12 inches. English-German-French-Dutch.
Dieses lyrische Werk für Oboe und Blasorchester ist dem früheren ersten Oboisten der Scala in Mailand gewidmet - dem berühmten Augusto Loppi. Die Urauff ührung fand im italienischen Ort Monterosi statt - mit Jacob de Haan als Dirigent und Loppi als Solist. Der melodiöse Klang des Werkes erinnert an die großen italienischen Opernkomponisten, wie Verdi und Donizetti, aber auch an den Filmmusikkomponisten Morricone, unter dessen Leitung Loppi das berühmte Solo Gabriel’s Oboe aus The Mission spielte.Cette pièce lyrique est dédiée au grand Augusto Loppi, ex-hautbois solo de l’Orchestre de la Scala de Milan. La première a eu lieu Monterosi dans la région du Latium, en Italie, sous la direction de Jacob de Haan avec Augusto Loppi en soliste. L’idiome sonore de cette œuvre n’est pas sans nous rappeler l’écriture des maîtres de l’opéra italien tels que Verdi et Donizetti, mais aussi celle du compositeur de musiques de films, Ennio Morricone, sous la direction duquel Augusto Loppi a interprété le célèbre solo Gabriel’s Oboe extrait de la bande originale du film The Mission.
SKU: BT.DHP-1104721-140
SKU: BT.DHP-1074145-400
ISBN 9789043127554. 9x12 inches. Dutch.
In dit boek staan nieuw gecomponeerde muziekstukken die je kunt gebruiken voor je A-examen. Bekende componisten van blaasmuziek zijn hiervoor speciaal achter de componeertafel (eigenlijk de componeercomputer) gaan zitten en bedachtendit nieuwe repertoire: een uitgebreide keuze van geschikte muziek die je tijdens het A-examen en in de voorbereidingstijd daar naartoe kunt spelen. Natuurlijk kun je deze muziek ook spelen bij andere gelegenheden, bijvoorbeeldals je voorspeelt in de muziekschool, bij de muziekvereniging of tijdens een solistenconcours.Er zijn stukken mét en zonder pianobegeleiding. Je kunt jezelf dus solistisch presenteren, maar ook samen met een pianist. Voor je examenstudeer je minstens twee stukken in met begeleiding (samenspel) en twee zonder begeleiding. Misschien kun je bepaalde stukken of gedeelten ervan zelfs uit het hoofd spelen. Probeer het maar eens!Op de bijbehorende cd hoor je hoede muziek klinkt als die vertolkt wordt door een beroemde blazer. Goed voorbeeld doet goed volgen, maar verlies je eigen interpretatie daarbij niet uit het oog.Ook de pianobegeleidingen staan op de cd. Dat is handig als je docentgeen piano speelt. Maar helemaal ‘echt’ wordt het als je docent of een andere pianist de pianobegeleidingen speelt. Daarom hebben we ze in dit boek afgedrukt.Achter in het boek staan een aantal stukjes ‘prima vista melodie’. Daarmeekun je het ‘van blad lezen’ oefenen. Dat is belangrijk, want in je orkest krijg je ook steeds nieuwe muziekstukken en dan komt het ‘van blad lezen’ goed van pas.Wij wensen je veel speelplezier - en succes met de voorbereidingenen het A-examen zelf!
SKU: BT.AMP-357-400
ISBN 9789043138802. 9x12 inches. English-German-French-Dutch.
Philip Sparke’s Super Solos is the third volume of a progressive series of solo books that takes the young wind player from beginner to accomplished musician. Following on from the first two books in the series (Starter Solos and Skilful Solos) this collection generally contains longer pieces suitable for the developing young musicians. Specifically tailored for each instrument, Super Solos extends technical and musical demands, takes the player into new keys with larger instrumental ranges and adds new notes in a gradual and logical manner.The books provide invaluable additional material to complement any teaching method. Including play-along CD.Na Starter Solos en Skilful Solos sluit Philip Spark deze reeks met het nieuw verschenen boek Super Solos. De solos in deze boeken zijn qua mogelijkheden en moeilijkheidsgraad perfect toegesneden op het betreffende instrument.Bovendien vult het de vorige uitgaven in deze reeks gestructureerd aan, waardoor het de instrumentalist een zinvol en motiverend vervolg biedt. Elk boek bevat een cd met begeleiding. Het voordeel hiervan is dat jonge muzikanten de belangrijkeaspecten van het samenspel al vanaf het begin kunnen ervaren. Zo ontwikkelen ze essentiële vaardigheden, zoals het luisteren tijdens het spelen en het handhaven van een strak tempo.Nach STARTER SOLOS und SKILFUL SOLOS vollendete Philip Sparke seine Reihe Solobücher mit SUPER SOLOS. Die Soli in jedem Buch sind genau auf die Bedürfnisse und Anforderungen des jeweiligen Instruments zugeschnitten, im Schwierigkeitsgrad angepasstund schaffen somit einen Rahmen, in dem sich Instrumentalschüler neue Elemente in sinnvoller Reihenfolge aneignen können. Dank der im Buch und auf CD enthaltenen Klavierbegleitung lernen sie außerdem wichtige Aspekte des Ensemblespiels.SUPER SOLOS für fortgeschrittene Schüler hält mitreißende Stücke parat, mit denen neue technische und musikalische Schwierigkeiten gemeistert und ein größerer Tonumfang sowie neue Tonarten gelernt werden können.
Inhalt: Little Overture - Berceuse - March of the Toy Soldiers - Air and Variations - Chicago Blues - Moto Perpetuo - Song of Farewell - Promenade - September Song - Scherzo Finale
SKU: BT.AMP-145-140
There are just over twenty secular cantatas in Bach's prolific output, which include The Coffee Cantata (No 211), The Wedding Cantata (No 202), Phoebus and Pan (No 201) and the Hunt Cantata (No 208) which contains the famous aria Sheep May Safely Graze. Written for four vocal soloists it was originally scored for a relatively large orchestra (including flutes (recorders), oboes and horns) and mixed choir. Although secular in character, the words describe how well a faithful shepherd keeps watch over his flock and hence has obvious allusions to the teachings of the Christian church. Bring a bit of the Baroque era to your concert with this first class arrangement by Philip Sparke.Bach schreef zijn Jachtcantate (BWV 208) - met daarin de aria Schafe können sicher weiden (Sheep May Safely Graze) - in 1713, ter gelegenheid van de verjaardag van hertog Christian van Sachsen-Weißenfels. Later volgdenbewerkingen voor vergelijkbare verjaardagsfeesten en naamdagen. De cantate is geschreven voor vier solisten (Diana, Pales, Endymion en Pan), een relatief groot orkest (met (blok)fluiten, hobo’s en hoorns) en koor. Sheep MaySafely Graze wordt gezongen door Pales, de godin van kudden en weiden, begeleid door een paar blokfluiten of dwarsfluiten. Deze bewerking van Philip Sparke betekent een verrijking voor elk repertoire.Bachs produktives Schaffen brachte nur etwa zwanzig weltliche Kantaten hervor, darunter auch die Jagd-Kantate (BWV 208),welche die berühmte Arie Schafe können sicher weiden enthält. Geschrieben für vier Solisten, ist die Kantate für ein relativ großes Orchester instrumentiert, das neben Flöten, Oboen und Hörnern auch einen gemischten Chor vorsieht. Bringen Sie mit dieser gelungenen Bearbeitung etwas barocke Atmosphäre in Ihr Konzert! L’immense production de Jean-Sébastien Bach ne contient qu’une vingtaine de cantates profanes dont la Cantate du café (BWV 211), la Cantate du mariage (BWV 202), Phébus et Pan (BWV 201) et la Cantate de la chasse (BWV 208), dont est extrait l’air Sheep May Safely Graze (Schafe können sicher weiden - Que les brebis paissent en paix). Bach était depuis peu au service du duc de Weimar lorsqu’il accepta, en 1713, une invitation Weißenfels pour l’anniversaire du duc Christian de Saxe-Weißenfels. cette occasion, il composa la Cantate de la chasse, une cantate de félicitations l’adresse du duc, passionné de chasse. Par la suite, Bachremania cette cantate pour célébrer d’autres fêtes et anniversaires. La Cantate de la chasse est orchestrée pour quatre voix solistes incarnant des figures mythologiques (Diane, Pales, Endymion et Pan), un ensemble orchestral assez large (incluant des fl tes/fl tes bec, des hautbois et des cors) et un Chœur mixte. Le texte, chantant les vertus de la chasse, est un panégyrique peine déguisé du duc régnant. Accompagnée par deux fl tes (fl tes bec), Palès, déesse des troupeaux et des p tures, entonne l’air Sheep May Safely Graze. Bien que de caractère profane, le texte utilise l’image du berger comme l’image même de la gr ce en référence une parole fondamentale de Jésus. L’immenso lavoro di Johann Sebastian Bach contiene una ventina di cantate profane tra le quali la Cantata della Caccia (BWV 208) dalla quale è estratta Sheep May Safely Graze (Schafe können sicher weiden). Accompagnata da due flauti dolci, Pales, Dea dei greggi e dei pastori, intona l’aria Sheep May Safely Graze. Pur se di carattere profano, il testo utilizza l’immagine del pastore come l’immagine della grazia riportata ad una parola fondamentale di Gesù.
SKU: BT.AMP-145-010
There are just over twenty secular cantatas in Bach's prolific output, which include The Coffee Cantata (No 211), The Wedding Cantata (No 202), Phoebus and Pan (No 201) and the Hunt Cantata (No 208) which contains the famous aria Sheep May Safely Graze. Written for four vocal soloists it was originally scored for a relatively large orchestra (including flutes (recorders), oboes and horns) and mixed choir. Although secular in character, the words describe how well a faithful shepherd keeps watch over his flock and hence has obvious allusions to the teachings of the Christian church. Bring a bit of the Baroque era to your concert with this first class arrangement by Philip Sparke.Bach schreef zijn Jachtcantate (BWV 208) - met daarin de aria Schafe können sicher weiden (Sheep May Safely Graze) - in 1713, ter gelegenheid van de verjaardag van hertog Christian van Sachsen-Weißenfels. Later volgdenbewerkingen voor vergelijkbare verjaardagsfeesten en naamdagen. De cantate is geschreven voor vier solisten (Diana, Pales, Endymion en Pan), een relatief groot orkest (met (blok)fluiten, hobo’s en hoorns) en koor. Sheep MaySafely Graze wordt gezongen door Pales, de godin van kudden en weiden, begeleid door een paar blokfluiten of dwarsfluiten. Deze bewerking van Philip Sparke betekent een verrijking voor elk repertoire.Bachs produktives Schaffen brachte nur etwa zwanzig weltliche Kantaten hervor, darunter auch die Jagd-Kantate (BWV 208), welche die berühmte Arie Schafe können sicher weiden enthält. Geschrieben für vier Solisten, ist die Kantate für ein relativ großes Orchester instrumentiert, das neben Flöten, Oboen und Hörnern auch einen gemischten Chor vorsieht. Bringen Sie mit dieser gelungenen Bearbeitung etwas barocke Atmosphäre in Ihr Konzert! L’immense production de Jean-Sébastien Bach ne contient qu’une vingtaine de cantates profanes dont la Cantate du café (BWV 211), la Cantate du mariage (BWV 202), Phébus et Pan (BWV 201) et la Cantate de la chasse (BWV 208), dont est extrait l’air Sheep May Safely Graze (Schafe können sicher weiden - Que les brebis paissent en paix). Bach était depuis peu au service du duc de Weimar lorsqu’il accepta, en 1713, une invitation Weißenfels pour l’anniversaire du duc Christian de Saxe-Weißenfels. cette occasion, il composa la Cantate de la chasse, une cantate de félicitations l’adresse du duc, passionné de chasse. Par la suite, Bachremania cette cantate pour célébrer d’autres fêtes et anniversaires. La Cantate de la chasse est orchestrée pour quatre voix solistes incarnant des figures mythologiques (Diane, Pales, Endymion et Pan), un ensemble orchestral assez large (incluant des fl tes/fl tes bec, des hautbois et des cors) et un Chœur mixte. Le texte, chantant les vertus de la chasse, est un panégyrique peine déguisé du duc régnant. Accompagnée par deux fl tes (fl tes bec), Palès, déesse des troupeaux et des p tures, entonne l’air Sheep May Safely Graze. Bien que de caractère profane, le texte utilise l’image du berger comme l’image même de la gr ce en référence une parole fondamentale de Jésus. L’immenso lavoro di Johann Sebastian Bach contiene una ventina di cantate profane tra le quali la Cantata della Caccia (BWV 208) dalla quale è estratta Sheep May Safely Graze (Schafe können sicher weiden). Accompagnata da due flauti dolci, Pales, Dea dei greggi e dei pastori, intona l’aria Sheep May Safely Graze. Pur se di carattere profano, il testo utilizza l’immagine del pastore come l’immagine della grazia riportata ad una parola fondamentale di Gesù.
SKU: M2.MOS-69449-60
ISBN 9790203755692.
1955 erschien aus der Hand der franzosischen Nonne Carmen Bernos de Gaszold ein Gedichtband unter dem Titel Prieres dans l'Arche - Gebete aus der Arche. Diese Gebete werden den Tieren in den Mund gelegt, die mit Noah, in der drangvollen Enge der Arche vereint, das Ende der Sintflut erwarten. Die Dichterin folgt einer Tradition - man denkt an Asop, La Fontaine und Goethe - wenn sie im Wesen der Kreaturen Spiegelungen menschlicher Schwachen, Fehler und Tugenden erkennt. Denn die in der Wasserwuste gefangenen Tiere reden so fromm, furchtsam, selbstgerecht und banal, wie es menschlich ware. Und auch das Allzumenschliche - Hoffart, Leichtsinn, Neid - kommt zu Wort. Nur dass die Ichbefangenheit der betenden Tiere ihrer Unschuld keinen Abbruch tut. Ihre bedingte und bedrangte Natur findet Gedanken, die uns ein sympathisierendes Lacheln abgewinnt. Der Zyklus schien mir zur Vertonung geeignet, weil er ein religioses Thema unpratentios und originell vortragt und ein Stuck ermoglicht, das die ubliche Trennung zwischen weltlich und geistlich uberschreitet und Konzertsaal und Kirche in Anspruch nehmen kann. Zur Besetzung: Der Frauenchor muss aus den vier ublichen Stimmlagen 1. und 2. Sopran, 1. und 2. Alt bestehen, wobei auch noch Stimmteilungen vorkommen. In Nr. 9 Gebet der Taube wird noch ein (aus dem Chor zu bildendes) Soloquartett gebraucht. Der Instrumentalpart besteht aus einer Oboe und einem Streicherquintett (1. und 2. Violine, Viola, Violoncello und Kontrabass). Die Besetzung soll solistisch sein, kann aber bei den Streichern (und wenn die Klangbalance zum Chor dies wunschenswert macht) zu einem kleinen Kammerorchester erweitert werden. Der Charakter der Instrumente, ihre Techniken und Farben, erlauben mir realistische Klangmetaphern und physiognomische Parallelen - so, wenn das Cello im Duett mit dem Alt die hochmutige Giraffe in grossintervalligen Sprungen deutet, die rasende Geschaftigkeit der Ameise sich in schnellen Violinbariolagen ausdruckt oder die Oboe ein naturalistisches Rabengekrachz horen lasst. Der Zyklus beginnt mit dem Gebet des Noah. Man stelle sich das Gedrange und Geschrei vor, dass die Arche erfullt, die hochgehenden Wogen, den prasselnden Regen, und mitten darin den Urvater Noah, dem sich der Ausruf entringt: Herr, was fur ein Zirkus! Seine Ausbruche korrespondieren mit dem auf- und niederwogenden Streichersatz, bis der Sturm sich legt, die Wogen sich glatten und Noah in der mehrmals gedehnten Phrase Es dauert lange seine Ergebung und Hoffnung ausdruckt. Nach dem pharisaischen Gebet der Giraffe ergreift die Schildkrote das Wort. Ihr Instrument ist die Bratsche. Ihre schnaufende Kurzatmigkeit hindert sie, ihr Gebet zusammenhangend zu sprechen. Der fleissigen Ameise - sie erbost sich sehr uber die Grille, deren Wirtshausmusik sie unterbricht - folgt der Hahn mit hellen und scharfen Tonen. Er ist es, der die Sonne aufgehen lasst; man kann es in dem sich auffaltenden Klang der Coda horen. Der vergessliche Schmetterling taumelt in immer neu variierten Oboenfiguren durch die glasernen Sommerklange von Streicherflageoletts, bis es ihm einfallt, was er sagen wollte: Amen. Das Schwein bekennt sich zu seiner schnuffelnden und grunzenden Natur, die, von den Streichern mit rauhem Bogendruck gezeichnet, in der Coda durch eine stille F-Dur-Kantilene eine sonderbare Verklarung erfahrt. Vor uns die Sintflut ruft der Rabe, und sein durchdringender Oboenschrei ubertont das Wogen und Schwanken der Streicher, die hier Motive aus dem Gebet des Noah wieder aufnehmen. In der darauf eintretenden Stille bieten die Instrumente verschiedene Themen an, die folgenlos verschwinden - um nach dem Altsolo Die Arche wartet sich in einem ruhig-feierlichen a-cappella-Satz mit alternierendem Soloquartett wieder zusammenzufinden und das Werk in reinem Es-Dur beschliessen. Alfred Koerppen.
SKU: M2.MOS-69449-01
ISBN 9790203755685.
SKU: M2.MOS-69449
ISBN 9790203755678.
SKU: HL.49000569
ISBN 9790200101324. UPC: 073999292336. 7.5x11.0x0.272 inches.
SKU: PE.EP14445
ISBN 9790014135041. 297 x 420 mm inches. German.
ARKA stammt aus dem Sanskrit und bedeutet so viel wie Strahl, Blitz, Sonne, Licht, aber auch Lied, Feuer und Hymnus, und entwickelt in meiner Vorstellung sehr viele unterschiedliche Assoziationsfelder. In ARKA stecken auch die Worter arc (beten) und ka (Wasser), und es kann auch ubersetzt werden mit: ,,Das Wasser stromt aus dem heraus, der mehr weiss.
Mein neues Werk fur Pipa, Oboe, Pauke, Schlagzeug und Orchester entstand im Auftrag der Kammerakademie Neuss und auf Anregung des Oboisten Christian Wetzel. Es entstanden drei Rituale mit zum Teil szenischen Elementen fur die Solisten und das Orchester.
Inspirationsquelle in der Vorbeschaftigung waren zwei Quellen und Bucher. Das Daodejing von Laozi in der hervorragenden Neuubersetzung von Viktor Kalinke, eine der wichtigsten Quellen chinesischen Denkens und der Philosophie dieser grossen Kulturtradition und die chinesische Tradition der 5-Elementelehre und der Wandlungsphasen. Als zweites Buch hat mich ,,Die Glut von Roberto Calasso inspiriert, ein Buch uber die indischen Veden in Verbindung mit den Ursprungen des Buddhismus und den damit verbunden Ritualen.
In den letzten 20 Jahren habe ich mich intensiv mit ostasiatischer Musik, Kunst und Philosophie beschaftigt und habe das auch durch langere Studienreisen und kompositorische Projekte vertiefen konnen. U.a. wurde 2012 mein Chorwerk PRAN in Kolkata in Indien uraufgefuhrt (Goethe-Institut), ebenfalls 2012 ,,in between VI fur Sho und Sheng in Tokyo und 2013 ,,Mirror and Circle fur Pipa, Cello und chinesisches Orchester in Taipeh/Taiwan (Auftragswerk der taiwanesischen Regierung). Mit der chinesischen Pipa-Virtuosin Ya Dong arbeite ich seit 2000 zusammen und habe fur sie mehrfach komponiert (Urauffuhrungen u.a. in Hannover/EXPO 2000, Rottweil 2001, Taipeh 2013, Magdeburg 2016). Auch mit Christian Wetzel arbeite ich seit uber 20 Jahren zusammen und habe ebenfalls haufig fur ihn komponiert (UA u.a. in Bonn 1999, Hannover/EXPO 2000, Rottweil 2001, Darmstadt 2004 und etliche weitere Projekte).
Jedes dieser drei Rituale hat eine Lange von ca. 6-7 Minuten und stellt unterschiedliche Qualitaten und Besonderheiten der beiden Soloinstrumente heraus, immer in Verbindung mit der Interaktion zwischen Soli und Orchester. Die Besetzung war fur mich ausserst reizvoll, da beide Instrumente in dieser Kombination noch nie so erklungen sind. Die Pipa ist ein ungemein modernes und ungewohnliches Instrument, reich an Farben und vor allem an perkussiven Effekten. Das Tonmaterial wurde zum grossten Teil aus den Namen der beiden Solisten gewonnen und ergibt interessanter zwei gespiegelte Viertonmotive. In der asiatischen Kultur spielen der Spiegel und der Kreis eine wichtige Rolle, und so werden die Tone, Rhythmen und Formen eingewoben in diese drei Rituale, welche am Ende des dritten Satzes wieder kreisformig an den Anfang des ersten Rituals anknupfen. Ein von den Streichern und der Pauke erzeugtes Gerausch, verbunden mit dem Rhythmus der grossen Trommel, welcher einen Herzschlag symbolisieren soll. Die drei Untertitel der Rituale Himmel, Erde und (atmospharischer) Raum spielen im vedischen und chinesischen Denken eine grosse Rolle und war fur mich beim Komponieren ebenfalls eine sehr starke Inspirationsquelle. In vielen meiner Kompositionen gibt es Raumeffekte, Annaherungen an das Publikum, das Verschieben von Perspektiven, die Dekonstruktion und das Hinterfragen der ublichen Konzertsituation, so u.a in meinem Beuys-Zyklus oder in den Zyklen ,,CUT und ,,in between.
In ARKA geht es mir besonders um die Interaktion zwischen westlichem und ostlichem Denken, um das gegenseitige Durchdringen dieser auf den ersten Blick so unterschiedlichen Denk- und Lebensweisen, um eine Verschmelzung scheinbarer Gegensatze - um Annaherung!
Bernd Franke. Leipzig, 11.10.2019
for low voice and piano This beautiful collection of 14 songs for low voice offers Christmas settings by some of Oxford's best-loved composers. Suitable for solo singers and unison choirs alike, each song is presented with piano accompaniment, and high-quality, downloadable backing tracks are included on a companion website. With a wonderful selection of pieces, including favourites such as Bob Chilcott's 'The Shepherd's Carol' and John Rutter's 'Candlelight Carol', this is the perfect collection for use in carol services and Christmas concerts or for enjoying at home. Also available in a volume for high voice and piano.
AGNI is the Hindu god of fire; the elemental and transformative force inherent in everything:
Every flame, every fire, every light, every warmth is AGNI.
AGNI is omnipresent, establishing everything and ending everything.
AGNI is often depicted with seven tongues which represent different aspects of his being.
These include: creating, sustaining, cleansing, purifying, priestly, martial, devastating, destructive, and consuming.
Derived from Franke's concerto of the same name, this solo work for bass clarinet compositionally traces the transformative processes initiated by the divine fire. The solo takes seven pieces from the concerto, presenting vivid character pieces exploring the creative possibilities and wide tonal range offered by the bass clarinet.
This version of AGNI for bass clarinet solo was premiered on 4 December 2020 in Leipzig by Volker Hemken, the principal bass clarinetist of the Gewandhausorchester Leipzig. EP14437a convinces with its excellent and clear notation, making the piece a new standard for bass clarinet.
Ikons, commissioned by the Vancouver Cultural Olympiad 2010, exists in two forms. This 14-minute acoustic version, premiered by the Turning Point Ensemble, calls for an octet of live musicians to execute complex rhythms and quarter-tone harmonies.
The interactive, electronic version, created with visual artist Eric Metcalfe and designed to be presented separately, incorporates samples from this acoustic version into a sculptural environment of seven pyramidal structures that respond sonically to the viewer.
Roxanna Panufnik's Sonnets without Words is a contemporary piece for Horn in F and piano. Written for horn player Ben Goldscheider, Panufnik has reimagined the lyrical vocal lines from three of her previous settings of Shakespeare's sonnets (Mine eye, Music to hear and Sweet Love Remember'd for voice and piano) into a purely instrumental work.
Score and horn part.
Stephen McNeff's Trig is a short 7-minute contemporary work for solo cello, written to celebrate the bicentennial of the Royal Academy of Music in 2022 and in memorium cellist Mike Edwards 1948-2010.
Trig was premiered by Henry Hargreaves on 19 March 2021, livestreamed from the Royal Academy of Music.
to an utterance - study was commissioned by Klangforum Wien for the premiere commercial audio recording on a portrait CD in 2020 and first performed by Joonas Ahonen at the Berlin Philharmonie on 4th September 2020 at the Musikfest Berlin.
Roxanna Panufnik's Spirit Moves, for brass quintet, was commissioned by the Fine Arts Brass Ensemble. This 15-minute piece is scored for two trumpets in Bb (one doubling piccolo trumpet and the other doubling flugel horn), horn in F, trombone and tuba. This brass quintet is so called because the outer movements are highly spirited and the central one is spiritual.
This product consists of score and parts.
A gently flowing 3-minute arrangement by Roderick Williams for SATB (with divisi) with piano accompaniment that captures the beauty of this famous traditional Hebridean love song. The song text uses both old dialect and English, each verse ending with the words, 'Sad am I without thee'.
for high voice and piano This beautiful collection of 14 songs for high voice offers Christmas settings by some of Oxford's best-loved composers. Suitable for solo singers and unison choirs alike, each song is presented with piano accompaniment, and high-quality, downloadable backing tracks are included on a companion website. With a wonderful selection of pieces, including favourites such as Bob Chilcott's 'The Shepherd's Carol' and John Rutter's 'Candlelight Carol', this is the perfect collection for use in carol services and Christmas concerts or for enjoying at home. Also available in a volume for low voice and piano.
for SATB and organ This energetic setting of words by St Ambrose of Milan is a real showstopper. With pop-influences and a sparkling organ part, Young effortlessly fuses modern and traditional sound worlds, while changes in key and metre build up to an invigorating finish. Perfect for accomplished choirs looking for something different.
for SA unaccompanied This simple, charming two-part motet features long melismatic phrases that reflect the text (1 Corinthians 2: 9), such as the rising melodic line over three bars on the word 'ascended' (ascendit).
for SAATB unaccompanied. This glorious musical depiction of the honour, strength, power and authority of the Holy Trinity by Thomas Tallis is the third issue in the CMS's series of great English Responds from the 16th century, edited by Sally Dunkley. Scored for SAATB, it can be performed either as a motet or as a full Responsory with plainsong alternating with polyphony.
Based on a traditional Scottish/Irish 'farewell' song, this short piece is one of six works written to express my love of Scotland. After living there for nearly half my life, and raising a family, I moved back to England in 2018, and remarried in 2019.
Of course, there were many different emotions attached to the move south: especially the joy and excitement of new beginnings, and reconnection with friends from my youth.
But this piece expresses the wrench I experienced after a last family meal in Glasgow, and the realisation of all I was about to leave behind.
I have taken the melody of the original song, and expanded it, exploring the detail of its patterns, so that it becomes a timeless meditation.
The six pieces in the 'farewell' series are for 6 violas, string quintet, string quartet, trio, violin and clarinet duo, and solo clarinet.
The Parting Glass was composed in 2020 during the coronavirus lockdown, which intensified the feeling of separation from my Scottish family, as well as from other musicians.
It was commissioned by Vittorio Ceccanti for the ContempoArtEnsemble.
Maple arose from a commission to write a work for solo cello, to be performed alongside readings from artist John Newling's collection of letters entitled 'Dear Nature'; a poetic manifestation of our relationship with the natural world.
The piece is in eight short sections, to be interspersed with readings of groups of the poems. It may also be performed as a single movement. It begins with a seed - the seed of a maple tree, as it hangs on the mature tree, ready to drop. The seeds are like propellers, sometimes travelling more than a mile before landing on the ground. Maple follows the growth of the tree to maturity - which in reality would take at least a hundred years. 'Roots, shoots' grows downwards and upwards from a pedal note, and the dance-like 'Flowers' is followed by the stately 'Tree', and then the warm, cascading 'Autumn'. Maple is very often the wood of choice for the back of a stringed instrument, and the last section uses open strings to explore the full resonance of the cello.
The piece starts with a 'seed' of only five notes, which grows into different configurations. It is intended to be played in an improvisatory style.
Maple was co-commissioned by Brighton Festival, Ars et Terra Festival with SACEM and Ditchling Arts and Crafts Museum, to be performed by Margarita Balanas as part of the Brighton Festival's 'Dear Nature' project.
First performed by Noriko Kawai for Huddersfield Contemporary Music Festival, in a broadcast from the Radio Theatre, BBC Broadcasting House, November 2020.
Full of beautifully crafted, delicate tintinnabulations - Richard Morrison, The Times
